Er was eens een Cyann

Gepubliceerd op 14 mei 2022 om 14:05

Er was eens een Cyann. Ze was een meisje op de kunstacademie, maar werd binnenkort prinses van Tilburg en daar moest ze zich toch even goed op voorbereiden. Ze hield van schrijven, maar liep daar nog wel eens in vast. Tot nu toe hield ze vooral van gedichten schrijven die vooral niet rijmden. 

 

Cyann, als prinses van Tilburg, had eigenlijk maar 1 taak. Ze zou een boek moeten gaan schrijven. In ruil daarvoor kreeg ze dan studiepunten, waar ze wellicht de rest van het land mee zou kunnen veroveren. Ze keek op tegen de taak, maar had er ook ontzettend veel zin in. In de zomer was ze van plan te vinden waar ze haar boek over zou moeten schrijven, maar het antwoord was stiekem al wel duidelijk. Iets met liefde, had een van haar lakeien haar ingefluisterd, maar die lakei had al haar werk al honderd keer gelezen en wist dat dat het enige was waar ze constant mee bezig was, dus het antwoord lag al klaar. Cyann vond het wel een goed idee, ze dacht alleen dat gedichten die vooral niet rijmden niet zouden passen in zo’n groot boek en dat ze haar stijl daarop aan zou moeten passen.

 

In Tilburg vroegen ze haar om twee dagen per week langs te komen. Cyann was nerveus omdat ze wist dat haar kasteel in Rotterdam niet erg bruikbaar was om een boek te schrijven. Daar was ze veel te afgeleid door haar spiegels, andere leden van de adelheid en de balzalen van de omgeving. Ze was daarom van plan haar lakei een brief op te laten stellen naar de barones van Breda, of ze wellicht daar in het klooster nog een plekje voor haar over hadden om te kunnen schrijven. De taak van een boek schrijven leek veel grootser dan wat ze tot nu toe had geschreven, maar ze geloofde er wel in dat de taalkundigen in Tilburg haar konden helpen. En de kennis die ze vergaard had over taal nam ze natuurlijk mee in haar koets. De taalkundigen van Tilburg zouden het bekijken en bedenken hoe ze die kennis en stijlen die ze mee had genomen konden omvormen naar zoiets groots.

 

Gelukkig ging prins Sam van Breda ook mee, dacht ze. Samen konden ze praten over taal en het Verhaal en woorden, maar ook de kunstacademie die ze voor even achter zich zouden moeten laten. Ze hadden al eerder uitwisseling gehad, dat leek wel te werken. Misschien konden ze nog dingen bedenken die ze om het boek heen konden doen, met taal. Maar ook zouden ze graag contact onderhouden met alle mensen die ze zo zouden moeten missen vanuit Tilburg. Zo zouden ze het leven daar op de kunstacademie niet vergeten, en hun kunstacademie taken kunnen blijven uitvoeren. ook al was het boek zo’n groots ding, was het voor de toekomstige prinses van Tilburg belangrijk dat ze bleef kijken naar kunst, meedeed met voorleesavonden voor haar niet rijmende gedichten, en op de hoogte bleef van wat haar medestudenten aan het doen waren.

 

En dan kwam ze terug, en dan had ze een boek geschreven en wist ze veel meer over taal en tekst en het Verhaal en woorden. Hoopte ze. Wat ze daarmee zou doen, wie weet. Maar ze leefde nog lang en gelukkig…

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.